Afrika en de millenniumdoelen

In het onlangs gepubliceerde Vlaamse MO paper ‘Hoe komt het dat Afrika de millenniumdoelstellingen niet haalt’ geeft auteur Dimitri Van den Meerssche antwoord op deze vraag door te wijzen op het falend ontwikkelingssamenwerkingsbeleid. In navolging van vermaarde critici als William Easterly en Dambisa Moyo wijst hij op de corrumperende werking van ontwikkelingshulp en hekelt hij het plandenken van millenniumdoelenapologeten als Jeffrey Sachs.

Hoewel zijn inhoudelijke kritiek op het ontwikkelingsbeleid an sich dus niet nieuw is, ziet hij twee zaken over het hoofd. In de eerste plaats overschat hij de rol van ontwikkelingssamenwerking in de sociale en economische ontwikkeling van landen. Ontwikkelingshulp maakt tegenwoordig nog maar een fractie uit van de totale buitenlandse inkomsten van een ontwikkelingsland. Het geld dat migranten naar hun land van herkomst sturen (remittances) en de sterk toenemende buitenlandse investeringen wegen inmiddels veel zwaarder.

Daarnaast zijn er talloze andere bekende factoren die bepalen of een land tot succesvolle ontwikkeling kan komen. Denk aan klimatologische omstandigheden, de mate van goed bestuur, de aanwezigheid van bodemschatten en culturele gewoonten. Ontwikkelingshulp alleen kan daardoor niet verantwoordelijk worden gemaakt voor het succes dan wel falen van landen. Er spelen veel meer factoren mee.

In de tweede plaats – en belangrijker – doet de generalisatie in zijn titel onrecht aan de enorme verschillen die er zijn tussen de Afrikaanse landen. De problemen en achterstand gelden vooral voor de Afrikaanse landen die zich in een conflictsituatie bevinden of daar net uit komen. Deze fragiele staten scoren inderdaad slecht op de millenniumdoelen.

Voor andere Afrikaanse landen ziet het beeld er een stuk rooskleuriger uit. Van den Meerssche lijkt volledig voorbij te gaan aan de opmerkelijke winst die veel landen ook in Sub-Sahara Afrika hebben geboekt op de millenniumdoelen. Zo is het percentage aidsdoden in landen als Zambia, Botswana, Ethiopië, Zimbabwe, Burundi en Rwanda tussen 2005 en 2011 meer dan gehalveerd. En juist in Sub-Sahara Afrika is – mede dankzij ontwikkelingshulp – via grootschalige vaccinatiecampagnes de sterfte door mazelen met maar liefst 85 procent gedaald.

Rwanda en Ethiopië
Laten we eens kijken naar twee landen in deze regio die nog niet zo lang geleden er dramatisch voor stonden, maar nu de meeste millenniumdoelen lijken te gaan halen. De cijfers zijn afkomstig van de United Nations Statistics Division.

In Rwanda ging in 2001 nog slechts 75 procent van de kinderen naar de basisschool, inmiddels is dat bijna 99 procent. Op kinder- en moedersterfte is forse winst geboekt: het kindersterftecijfer daalde van 156,3 in 1990 naar 54,1 in 2011 en het moedersterftecijfer daalde van 910 in 1990 naar 340 in 2010. Ook in de bestrijding van tbc is aanzienlijke winst behaald: de prevalentie daalde van 521 in 1990 naar 128 in 2010.

En in Ethiopië, het land dat in de jaren ’80 nog door extreme hongersnood werd geteisterd, daalde het kindersterftecijfer van 198,3 in 1990 naar 77 in 2011. Het moedersterftecijfer daalde van 950 in 1990 naar 350 in 2010. En het percentage kinderen dat naar de basisschool gaat is sinds 1999 meer dan verdubbeld, van 36,6 procent naar 82,2 procent in 2010.

De auteur stelt ‘Ik weet niet of iemand nog twijfelt, maar het is stilaan wel duidelijk dat zwart Afrika de doelen niet haalt’. De VN-cijfers geven toch een genuanceerder beeld.

Zie ook:
‘Rwanda: Gains made against poverty, a lesson for others’. UNDP.org
‘Ethiopia well placed to achieve MDGs: UNDP’ Waltainfo.com

Dit bericht werd geplaatst in Uncategorized en getagged met , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Plaats een reactie